Op een lege maag is de normale waarde 3,9-5,5 mmol/l, bij beginnende diabetes 5,6-6,9 mmol/l en bij diabetes ≥7 mmol/l.
Belangrijk: Waarden kunnen variëren afhankelijk van het gebruikte type bloed (plasma, veneus of capillair).
De norm voor glucose bij vrouwen is 3,3-5,5 mmol/l. Leeftijdsgerelateerde veranderingen bij vrouwen vanaf 50 jaar vormen andere indicatoren.
Dokter: Doe dit ’s ochtends en u zult overdag geen bloedsuikerprobleem hebben
De bloedsuikerspiegel van mannen varieert van 3,9 tot 5,6 mmol/l. Als de patiënt 7-8 uur vóór het onderzoek niet heeft gegeten, varieert de norm na een maaltijd van 4,1 tot 8,2 mmol/l. Bij willekeurige tijdelijke bloedafname die geen verband hield met voedselconsumptie, varieerden de waarden van 4,1 tot 7,1 mmol/l.
Voor het onderzoek wordt capillair bloed afgenomen. Hiervoor wordt meestal een set glucometers gebruikt, bestaande uit een meetapparaat, een teststrip en een prik met vervangbare lancetten.
Capillair bloed kan worden verkregen door in de vinger te prikken, en bij baby’s – in de hiel. De teststrip wordt in de meter gestoken en komt in contact met capillair bloed. Na ongeveer 5-30 seconden geeft het apparaat het resultaat weer.
Suiker levert energie aan cellen. Koolhydraten die uit voedsel worden opgenomen, komen in de darmen terecht, worden afgebroken tot kleinere suikermoleculen en in het bloed opgenomen. Het hormoon dat door de alvleesklier wordt geproduceerd, insuline, zorgt voor een goede opname ervan. Het is de belangrijkste leverancier van energie voor cellen, en tot op zekere hoogte hun ‘brandstof’. Zonder insuline kan suiker niet goed worden opgenomen.
Mensen van wie de alvleesklier niet genoeg insuline aanmaakt, die aan diabetes lijden, moeten deze indicator regelmatig meten. Daarin zijn de niveaus vaak te hoog. Dit kan bloedvaten en organen permanent beschadigen. Tegelijkertijd is er volgens The Health Site een tekort aan energie in de cellen.
In de volgende gevallen moet de bloedglucosespiegel worden bepaald:
- als diabetes wordt vermoed;
- het monitoren en aanpassen van de therapie bij diabetici;
- jaarlijks bij mensen met een hoger risico op diabetes;
- bij klachten die wijzen op suikerziekte (gewichtsverlies, dorst, frequent urineren);
- bij zwangere vrouwen en pasgeboren kinderen;
- in geval van bewustzijnsverlies zonder duidelijke reden;
- bij bekende stoornissen van het koolhydraatmetabolisme (bijvoorbeeld als gevolg van enzymdeficiëntie)
Meer: Deze noot verlaagt het cholesterol en de suiker, volwassenen zouden het elke dag moeten eten
Belangrijk: de informatie wordt alleen ter referentie verstrekt. Raadpleeg een specialist over contra-indicaties en bijwerkingen en voer in geen geval zelfmedicatie uit. Raadpleeg een arts bij de eerste tekenen van de ziekte.
